Welkom in de wereld van Lolly. Een 12-jarige jongen die, samen met zijn moeder en haar vriendin, in “The Projects” woont. Een verzameling van woontorens in Harlem, New York, waar veel mensen op kleine oppervlakte bij elkaar wonen in verouderde appartementen. Een slecht onderhouden sociale woonwijk, waar bendes en andere inwoners perfect weten waar het voor hen veilig is om te zijn, en waar niet.

Lolly’s broer Jermaine werd onlangs slachtoffer van benderivaliteit. Lolly worstelt met het verlies van zijn broer en welke rol hij er zelf in heeft gespeeld. Hij is boos en verdrietig en heeft weinig afleiding van de moeilijke situatie thuis en in zijn buurt. Het enige waardoor hij afstand kan nemen van alles, is het bouwen met Lego. Hij is gek op zijn bouwsels die hij verzamelt in zijn kamer. Lolly heeft het steeds lastiger om zijn gevoelens te controleren. Tot zijn moeders’ vriendin thuiskomt met zakken Lego. Steentjes die door de speelgoedwinkel worden weggedaan. Lolly verliest zich helemaal in de stad die hij zelf gebouw per gebouw opbouwt.

Het balanceren tussen verdwijnen in de sociale woonwijken en onderdeel worden van de bende, of het kiezen van een alternatief pad, zijn de rode draad binnen dit verhaal. Vriendschappen die onder druk komen te staan, druk die op Lolly wordt gelegd vanuit de bende, ouders die het beste willen voor hun kind maar vastzitten in een moeilijke thuissituatie … al die dingen worden mooi in beeld gebracht. Je hoopt als lezer ook meer en meer dat Lolly en zijn vrienden goed terechtkomen, en aan de verleiding van het snelle geld en geweld kunnen weerstaan. Een met momenten spannend en ontroerend boek dat leest als een trein.